NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Beijerinck, willem

betekenis & definitie

BEIJERINCK (Willem), zoon Martinus enGijsberta Swinnas, waterbouwkundige, geb. te Nijmegen 2 Aug. 1756, overl. te Lent, 6 Dec. 1808. Aangesteld tot beëedigd landmeter der provincie Gelderland, legde hij zich meer bepaaldelijk toe op den waterstaat.

Onder den grooten waterbouwkundige Christiaan Brunings werden tusschen 1771 en 1782 door Beijerinck verschillende gewichtige verbeteringen uitgevoerd in de waterverdeeling onzer rivieren. Nog in het laatst van zijn leven ontwierp hij een plan tot het sluiten van den Beneden Rijn, dat de goedkeuring van koning Lodewijk wegdroeg. Generaal Krayenhoff heeft dit denkbeeld, dat eigenlijk van B's vader, den landmeter Martinus was, uitgewerkt en uitgegeven o.d.t. Proeve van een ontwerp tot sluiting van de rivieren de Neder Rijn of Lek, en het storten van haar water op den IJssel (Nijm. 1821). Bij den watersnood van 1809 betuigde koning Lodewijk openlijk in de nieuwsbladen, dat hij in die treurige omstandigheden Beijerincks vroegtijdigen dood meer dan ooit betreurde. Beijerinck heeft niets in druk uitgegeven. Hij huwde Baukje Maria Dibbetz, geb. te Nijmegen 5 Juni 1761, overl. te Lent

18 April 1842, dr. van Arnoldus en Johanna Nijhoff.

Zie: Aant op het Woordenb. van Kunst en Wetensch. van G. Nieuwenhuis.

van Schevichaven

< >