wensen - regelmatig werkwoord
uitspraak: wen-sen
1. willen dat het gebeurt of dat je het krijgt
♢ wij wensen u een prettige verjaardag
1. dat laat veel te wensen over
[daar mankeert veel aan]
2. laten weten dat je wilt dat dat gebeurt
♢ ik wens je veel succes
Regelmatig werkwoord: wen-sen
ik wens
jij/u wenst
hij/zij wenst
wij/zij/jullie wensen
ik/jij/u/hij/zij wenste
wij/zij/jullie wensten
hij heeft gewenst
de/het/een gewenste ....
wensend, wensende
Gepubliceerd op 14-11-2017
wensen
betekenis & definitie