uitvoer - zelfstandig naamwoord
uitspraak: uit-voer
1. het vanuit het eigen land naar het buitenland brengen
♢ de uitvoer is dit jaar toegenomen
1. iets ten uitvoer brengen
[het doen zoals het moet]
Zelfstandig naamwoord: uit-voer
de uitvoer
Synoniemen
export
Tegenstellingen
import, invoer
Gepubliceerd op 14-11-2017
uitvoer
betekenis & definitie