toneel

betekenis & definitie

toneel - zelfstandig naamwoord
uitspraak: to-neel

1. spel waarbij mensen voor een publiek een verhaal uitbeelden
♢ hij gaat bij het toneel
2. verhoging waarop mensen een spel opvoeren
♢ op het toneel werd een prachtig spel gespeeld
1. van het toneel verdwijnen
[er niet meer gezien worden]
2. het toneel van de strijd
[waar gevochten wordt]

Zelfstandig naamwoord: to-neel
het toneel
de tonelen
het toneeltje

Synoniemen
podium, theater