toevallig - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: toe-val-lig
1. door een samenloop van omstandigheden
♢ ik heb hem toevallig ontmoet
2. zoals het nu eenmaal is
♢ toevallig ben ik de sterkste
3. wat kan gebeuren
♢ kom je toevallig langs een groenteman?
Bijvoeglijk naamwoord: toe-val-lig
... is toevalliger dan ...
het toevalligst
de/het toevallige ...
iets toevalligs
Gepubliceerd op 14-11-2017
toevallig
betekenis & definitie