schaars - bijvoeglijk naamwoord
1. wat beperkt beschikbaar is
♢ geld is voor de meeste mensen een schaars goed, je moet kiezen wat je ermee doet
1. schaarse middelen
[middelen die niet onbeperkt gebruikt kunnen worden, zoals tijd en geld]
2. waar maar weinig van is
♢ in sommige landen is de benzine schaars
1. schaars gekleed zijn
[weinig kleren aan hebben]
3. bijna niet
♢ de steeg was schaars verlicht
Bijvoeglijk naamwoord: schaars
... is schaarser dan ...
de/het schaarse ...
Synoniemen
zeldzaam
Gepubliceerd op 14-11-2017
schaars
betekenis & definitie