opmerken

betekenis & definitie

opmerken - regelmatig werkwoord
uitspraak: op-mer-ken

1. het mondeling onder woorden brengen
♢ Leo merkte op dat het tijd was
2. zien, horen, voelen of ruiken
♢ hij merkte de drukte niet op

Regelmatig werkwoord: op-mer-ken
ik merk op (... ik opmerk)
jij/u merkt op (... jij opmerkt)
hij/zij merkt op (... hij opmerkt)
wij/zij/jullie merken op (... wij opmerken)
ik/jij/u/hij/zij merkte op (... ik opmerkte)
wij/zij/jullie merkten op (... wij opmerkten)
hij heeft opgemerkt
de/het/een opgemerkte ....
opmerkend, opmerkende

Synoniemen
bespeuren, zeggen

Tegenstellingen
ontgaan