jeugd - zelfstandig naamwoord
1. de tijd dat je jong bent
♢ in mijn jeugd was alles beter
1. hij is in zijn tweede jeugd
[voelt zich weer jong en gedraagt zich jeugdig]
2. de jeugd heeft de toekomst
[wie jong is heeft invloed op de toekomst]
2. jonge mensen
♢ de jeugd gaat naar de bioscoop vanavond
Zelfstandig naamwoord: jeugd
de jeugd
Synoniemen
jongelui
Gepubliceerd op 14-11-2017
jeugd
betekenis & definitie