bezoldigen - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-zol-di-gen
1. geld betalen voor bewezen diensten
♢ deze functie wordt niet bezoldigd
Regelmatig werkwoord: be-zol-di-gen
ik bezoldig
jij/u bezoldigt
hij/zij bezoldigt
wij/zij/jullie bezoldigen
ik/jij/u/hij/zij bezoldigde
wij/zij/jullie bezoldigden
hij heeft bezoldigd
de/het/een bezoldigde ....
Synoniemen
salariëren
Gepubliceerd op 14-11-2017
bezoldigen
betekenis & definitie