benadrukken - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-na-druk-ken
1. het beter laten uitkomen, er nadruk op leggen
♢ hij benadrukte nog eens dat ik mijn best moest doen
Regelmatig werkwoord: be-na-druk-ken
ik benadruk
jij/u benadrukt
hij/zij benadrukt
wij/zij/jullie benadrukken
ik/jij/u/hij/zij benadrukte
wij/zij/jullie benadrukten
hij heeft benadrukt
de/het/een benadrukte ....
benadrukkend, benadrukkende
Synoniemen
accentueren, beklemtonen
Gepubliceerd op 14-11-2017
benadrukken
betekenis & definitie