Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

aanschieten

betekenis & definitie

aanschieten - onregelmatig werkwoord
uitspraak: aan-schie-ten

1. door schieten iemand verwonden
♢ het hert is aangeschoten door de jager
2. snel aantrekken
zij heeft even een trainingspak aangeschoten
3. iemand even staande houden om mee te praten
♢ toen buurman langsliep, heb ik hem even aangeschoten

Onregelmatig werkwoord: aan-schie-ten
ik schiet aan (... ik aanschiet)
jij/u schiet aan (... jij aanschiet)
hij/zij schiet aan (... hij aanschiet)
wij/zij/jullie schieten aan (... wij aanschieten)
ik/jij/u/hij/zij schoot aan (... ik aanschoot)
wij/zij/jullie schoten aan (... wij aanschoten)
hij heeft aangeschoten
de/het/een aangeschoten ....

< >