Berbice (Leidseweg 221). Deze oorspronkelijk ‘Allemansgeest’ geheten buitenplaats werd in 1674 gesticht door Jan Poelaert.
Het tweebeukige huis met aan de voorzijde een middenrisaliet is in opzet 17de-eeuws. Cornelis Denijs liet het huis rond 1739 verfraaien en voor en achter voorzien van een driezijdige overkoepelde uitbouw.
De uitbouw aan de voorzijde heeft een uurwerk (1739) en een hardstenen bekleding in Lodewijk XVI-stijl (circa 1780).Tussen 1688 en 1695 werd de geheel met boekweitdoppen geïsoleerde oranjerie (Leidseweg 225) gebouwd in opdracht van Pieter de la Court van der Voort, auteur van een belangrijk boek over tuinen (1737). Rond 1700 ontstonden de druivenmuur en een mur à retranchements, een type fruitmuur met hoekige inhammen (gerestaureerd 1996). Het landschappelijke park met vijver is rond 1820 aangelegd, toen ook het huis de huidige naam kreeg. Elementen van de oudere formele aanleg zijn daarbij behouden, zoals de loodrecht op het huis gerichte zichtas. In de vijver ligt een klein schiereiland met als 19de-eeuwse folly een vervallen schijngraf met zandstenen tombe. De voorm. koetsierswoning met koetshuis en paardenstal (Benvenutolaan 8-10) is een langgerekt wit gepleisterd pand uit 1858, gebouwd toen het buiten door fabrikant J.M. van Kempen was gekocht. Naast de in chaletstijl uitgevoerde portierswoning (Leidseweg 223) uit 1893 staat een smeedijzeren toegangshek (circa 1858).