Gepubliceerd op 29-06-2020

vermogen

betekenis & definitie

Het vermogen van de familie Van Oranje-Nassau is regelmatig onderwerp van speculaties en gissingen. In rangIijstjes van verschillende internationale media is het familiekapitaal vaak geschat op miljarden euro’s, waarbij de koningin waarschijnlijk ten onrechte als een van de rijkste vrouwen ter wereld is betiteld.

Vaak zijn in ranglijstjes zaken als paleizen, rijtuigen en kroongoederen meegeteld, die of eigendom zijn van de Staat, of ondergebracht zijn in stichtingen. Volgens mededelingen van prins Bernhard begin 2003 aan het blad Fortune zou de familie beschikken over een vermogen van 250 miljoen dollar. In een postuum verschenen interview met de Volkskrant schatte de prins de nalatenschap van hemzelf en koningin Juliana tussen de 150 en 200 miljoen euro.De koningin betaalt belasting over haar privé-vermogen; vermogen dat dienstbaar is aan de uitoefening van de koninklijke functie is vrijgesteld van belastingen. Voor het beheer van het vermogen van de koninklijke familie is binnen de hoforganisatie de thesaurier verantwoordelijk. Koning Willem III het in 1890 aan zijn dochter Wilhelmina een belegd vermogen na van 5,5 miljoen gulden. Van haar halfbroer Alexander erfde Wilhelmina in 1884 al 1,5 miljoen gulden aan belegd vermogen. Roerende en onroerende goederen zijn in deze bedragen niet meegerekend. De verkoop van particuliere domeinen in Luxemburg bracht aanvullend 1,8 miljoen gulden op.

Wilhelmina investeerde vooral in de aankoop van gronden en onroerend goed die nu behoren tot de kroondomeinen. Daarnaast was het koninklijk vermogen Onroerend goed in 2004 Koningin Beatrix Kasteel Drakensteyn in Lage Vuursche Dienstwoning in Den Haag en dienstwoning in Leidschendam voor huisvesting van medewerkers Prins Willem-Alexander Huis aan het Noordeinde in Den Haag Prins van Willem-Alexander, prins Friso en prins Constantijn \ Vakantiehuis in Tavarnelle Val di Pesa, Italië Erven van koningin Juliana Landgoed De Horsten in Wassenaar en Voorschoten (ongeveer 380 ha), met verschillende opstallen en verpacht land Particulier domein bij paleis Soestdijk, enkele woningen, twee boerderijen en verpacht land (ongeveer 170 ha)

Zes woonhuizen, vrijwel alle verhuurd aan medewerkers of oud-medewerkers van het Kroondomein, een verpachte boerderij te Apeldoorn en een verpachte boerderij in Hoog Soeren Gronden bij Wenum, 70 ha verpacht Heidegrond bij Garderenseveld, 87 ha, deels verpacht als militair oefenterrein Heidegrond bij Het Vosseveld, 16 ha, niet verpacht Erven van prins Bernhard Drie woonhuizen in Soest voor huisvesting van medewerkers Vakantiehuis in Porto Ercole, Italië Prinses Margriet Huis Het Loo in Apeldoorn Vakantiehuis in Wiesing, Oostenrijk Paleizen en Kroondomein De paleizen Huis ten Bosch, Noordeinde en Het Loo, oorspronkelijk wel familiebezit, behoren sinds de Franse inval in 1795 toe aan de Staat. Het Koninklijk Paleis Amsterdam is altijd overheidsbezit geweest. Paleis Soestdijk met omliggende gronden is in 1970 door koningin Juliana aan de Staat verkocht voor 4.288.000 gulden. Paleis Lange Voorhout werd door prinses Juliana in het begin van de jaren ’90 voor 4,4 miljoen gulden verkocht aan de gemeente Den Haag. Het gebouw van het Koninklijk Huisarchief is in 1993 door prinses Juliana overgedragen aan de Stichting Historische Verzamelingen van het Huis Oranje-Nassau. Zij voegde bij haar schenking een bedrag van 3 miljoen gulden, waarmee de stichting nieuwe depots voor het archief en de collecties kon bouwen.

Het Kroondomein Het Loo is in 1959 door prinses Wilhelmina geschonken aan de Staat. Daarbij werd afgesproken dat de economische exploitatie is voorbehouden aan de Koning. Ook werd overeengekomen dat de koninklijke familie het Kroondomein of de waarde daarvan van de Staat terugkrijgt als het Huis Oranje-Nassau niet langer drager van de Kroon zou zijn. Het zuidelijk deel van het Kroondomein, tegenwoordig bekendstaand als Staatsdomein, werd al in 1863 door koning Willem III inclusief de economische exploitatie overgedragen aan de Staat.

vooral in obligaties belegd. Vanaf het aantreden van een nieuwe thesaurier in 1925, belegde de koningin ook in aandelen, met name in Amerikaanse spoorwegmaatschappijen, enkele grote Nederlandse ondernemingen, zoals Philips en de Koninklijke/Shellgroep, en Indische cultuurmaatschappijen. Toen de Duitse bezetters het koninklijk vermogen in 1941 confisqueerden, werd in totaal 12 miljoen gulden in beslag genomen. Koningin Wilhelmina had voor ongeveer 3 miljoen gulden aan effecten meegenomen, terwijl haar Amerikaanse beleggingen werden geschat op 1,2 miljoen gulden.

Koningin Juliana leek medio jaren ’60 in te teren op haar eigen vermogen als gevolg van de te lage in de Grondwet vastgelegde uitkering die zij ontving als inkomen en om haar personele en materiële kosten mee te betalen. De situatie leidde tot herziening van de Grondwet, die tot dan toe het inkomen van de Koning vaststelde, en tot de invoering van de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis. Minister-president J. Cals verklaarde bij de behandeling van de begroting van het Koninklijk Huis in 1966 dat uit onderzoek was gebleken dat de geruchten over de rijkdom van de Oranjes overdreven waren. Tevens was hem gebleken dat het inkomen van de toenmalige koningin, inclusief de inkomsten uit vermogen, onvoldoende was om de kosten van de uitoefening van haar functie als staatshoofd te dekken.

Niet tot het vermogen van de koningin of de koninklijke familie behoren de paleizen. Deze zijn eigendom van de Staat. Veel objecten en goederen die dienstbaar zijn aan de koninklijke functie zijn daarnaast ondergebracht in stichtingen en dus evenmin tot het vermogen te rekenen. Ook de kroondomeinen zijn eigendom van de Staat; wel zijn inkomsten uit economische exploitatie van de domeinen voor de koningin. Tevens geldt de bepaling dat wanneer de monarchie in Nederland zou worden afgeschaft, de kroondomeinen weer eigendom worden van de familie. Lang werd gedacht dat de koninklijke familie grote aandelenpakketten in Nederlandse multinationals bezat.

Bij de invoering van de Wet melding zeggenschap in 1996, die melding van relevante aandelenpakketten verplicht stelde, bleek dit niet het geval te zijn. Zie ook belasting >inkomen >thesaurier.

< >