Gepubliceerd op 18-08-2020

Afkortingen D

betekenis & definitie

d. a. v.: daar aan volgend (bij datums).

D. C.: Da Capo = van Jt begin weer af.
d. d.: de dato — op den dag der afgifte, gedateerd op.

deb.: debet = (hij) is schuldig.

Del.: deliavit = (hij) heeft het geteekend (op platen achter den naam v. d. teekenaar).

Dept.: departement

Deut.: Demeronomium (5e boek v. Mozes).

D. H.: Doorluchtige Hoogheid (titel van een prins).
d. i.: dat is.

do.: dito = hetzelfde (wat reeds gezegd is).

Dr.: doctor (academische titel).

D. O. M.: Deo Optimo Maximo = den hoogsten en besten God.

Dr. med: doctor medicinae = doctor in de medicijnen.

Douair: douairière = adellijke weduwe.

Dr. phil: doctor philosophiae = doctor in de wijsbegeerte.

Dr. th.: doctor theologiae: dr. in de godgeleerdheid.

Dr. Jur.: doctor juris : doctor in de rechten (eigenl.: D. J. U.: Doctor Juris Utriusque : doctor in de beide rechten).

Ds.: dominus (eigenl. heer) = titel v. e. predikant.

< >