entis,
1. (iets) wetend, (van iets) kennis dragende, ut sis sciens, opdat gij moogt weten, Ter., scientem alqm facere, iemd van iets in kennis stellen, Ter.
2. praegn., willens en wetens, opzettelijk, met voorkennis, ut offenderet sciens neminem, Cic.; kundig, bekwaam, vertrouwd (met iets), absol., Cic., c. gen., b.v. belli, Sall., poët., c. inf., Hor.