Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Extendo

betekenis & definitie

tendi, tensum en tentum (3);

1. eig., uitrekken, -strekken, -breiden; (een leger enz.) zich laten ontplooien, in slagorde opstellen, (een tijd) laten duren, rekken. | praegn., lang (op de grond) uitstrekken, mediaal extendi, zich lang uitstrekken, lang uitgestrekt liggen, Curt., Verg.; verlengen, vergroten, doen stijgen.
2. overdr., itinera, grote marsen maken, Liv., avidos cursus, Verg.; inspannen, se supra vires, Liv.; uitbreiden = zich laten uitstrekken, pass. extendi = zich uitstrekken, Liv., spem suam in (tot) Africam, Liv.; verbreiden, famam factis, Verg.

< >