surrexi, surrectum (3);
1. eig., zich in de hoogte richten of rekken, opstaan, zich verheffen, ook (van krijgsvolk) optrekken naar enz.; (van gebouwen enz.) zich verheffen, oprijzen.
2. overdr., op zijn verhaal komen, zijn krachten terugkrijgen; (in staatkundige zin) zich verheffen, (vijandelijk) optreden, opstaan.