(V.A.B.), wet van 1946, directe belasting van vermogensaanwas gedurende I Mei 1940 en 31 December 1945. Vermogensaanwas wordt berekend uit het voordelige verschil tussen het zuivere vermogen van de belastingplichtige op de tweede peildatum (eindvermogen) en het zuivere vermogen op de eerste peildatum (beginvermogen).
Vrij is een aanwas van ƒ5000,—dan wel 5 pct van het bedrag van het beginvermogen en van waardevermeerdering van effecten 10 pet. De V.A.B. bedraagt: voor natuurlijke personen: 90 pct, voor zover op onoirbare of ongerechtvaardigde wijze verkregen; voor het overige deel: 50 pct, indien dit deel minder bedraagt dan ƒ 50.000,—, 60 pct, indien meer dan ƒ 50.000,—, doch minder dan ƒ 100.000,— en 70 pct, indien boven ƒ 100.000,—; voor lichamen : 50 pct.