(1844-1896), Franse dichter, leidde bohémienleven (een tijdlang met zijn geniale vriend doch kwade geest Rimbaud) in verschillende landen, zat in Belg. gevangen, ging als alcoholicus geleidelijk te gronde. Als dichter „parnassien” van vorm doch symbolist van geest en inhoud, van zelden geëvenaarde fijnheid en zielsdiepte: Poèmes saturniens, La bonne chanson, Jadis et naguère; proza: Les poètes maudits, Confessions.
Een der boeiendste figuren en een der prachtigste lyrici der Fr. letteren.Verlamming [paralyse), onvermogen der spieren om zich samen te trekken:
1. slappe V.: spieren voelen slap aan, nemen in omvang af; veroorzaakt door beschadiging van de zenuwen die de spieren verzorgen b.v. door verscheuring, vergiftiging;
2. spastische V.: spieren zijn extra gespannen en behouden haar normale omvang. Oorzaak: ziekteproces van hersenen of ruggemerg.