de slag bij Kortrijk (11 Juli 1302), waar de Vlaamse ambachtslieden onder Gwijde van Namen, Willem v. Gulik en J. v.
Renesse het Franse ridderleger van Philips IV de Schone een grote nederlaag toebrachten. Zo genoemd vanwege de vele gouden sporen (omstreeks 4000) door de gesneuvelde ridders op het slagveld achtergelaten en door de Vlamingen in zakken verzameld. De G. redde Vlaanderens zelfstandigheid en luidde het democratisch tijdvak van de VI. steden in. Jaarlijks door de Vlamingen gevierd.