Duitse Nationale Vergadering, in 1848-*49 bijeengekomen, ten einde een constitutie te ontwerpen voor het op te richten Duitse Rijk. Op 18 Mei 1848 had de eerste zitting plaats.
Als voorzitter trad op Heinrich von Gagern. Men vond onder de afgevaardigden:1. Groot-Duitsers, die Oostenrijk bij Duitsland wilden houden;
2. Klein-Duitsers, die een Duits Rijk onder Pruisische hegemonie en zonder Oostenrijk wilden;
3. Republikeinen, die een uitvoerend bewind wilden kiezen, waaraan de regeringen der Staten ondergeschikt zouden zijn.
Bij wijze van compromis werd een Rijksministerie zonder werkelijke macht onder aartshertog Johan van Oostenrijk als Rijksbestuurder ingesteld. Toen in de zomer de verschillende revoluties onderdrukt waren, verloor het F. al zijn invloed. Toch werd nog een ontwerp-constitutie opgesteld. De keizerskroon werd aangeboden aan Frederik Willem IV van Pruisen. Deze weigerde echter. Oostenrijk en later ook verscheidene andere Staten riepen hun afgevaardigden terug.
Het overgebleven zgn. Rompparlement verplaatste zijn zetel naar Stuttgart en riep het Duitse volk tot revolutie op. Zonder succes evenwel. Op 18 Juni 1849 werd het Parlement door Württembergse troepen uiteengejaagd.