Gepubliceerd op 11-11-2021

uitschot

betekenis & definitie

o., in bet. 1 uitschotten (1 voorgeschoten geld; 2 het [als onbruikbaar] uitgeschifte; het slechte):

1. licht vindt gij, eer het werk verjaart, uw uitschot dubbel ingespaard;
2. uitschot v. koffie, v. Havannasigaren, bocht, minste soort.

< >