Gepubliceerd op 11-11-2021

schort

betekenis & definitie

v. en o. schorten, schortje (kledingstuk, dat men voordoet om een ander kledingstuk te beschermen, thans in uiteenlopende vormen; boezelaar, voorschoot): een schone schort voordoen; een wit schortje; een bonte schort, van blauwachtig geruite stof; een zijden schort, als pronk.

< >