Gepubliceerd op 11-11-2021

pacht

betekenis & definitie

v. -en (Lat. pactum: 1 rechtsgeldige regeling ten opzichte van de verplichting tot betaling v. e. jaarlijkse rente door hem, die enig vast goed van een ander ten gebruike krijgt; jaarlijkse schuldplichtigheid wegens een stuk onroerend goed; ook in toepassing op tollen, veren enz.; huur v. land, weide, hoeve, viswater enz.; 2 de pachtsom; 3 de pachttijd): 1 iets in pacht geven, hebben, nemen; zegsw. iets, inz. de wijsheid in pacht hebben, alleen aanspraak maken op; 2 pacht betalen; 3 de pacht is om.

< >