o. onderdelen (1 het onderste gedeelte, w.i.g.; 2 een groter of kleiner deel van een hoofddeel of van een geheel):
1. het onderdeel van iems. aangezicht;
2. de delen en onderdelen van een stoommachine; dat is maar een onderdeel; mil. tactisch onderdeel, zelfstandige gevechtseenheid b.v. een bataljon.