Gepubliceerd op 11-11-2021

nabij

betekenis & definitie

(dichtbij, niet ver af)

1. bw.: ik ken hem van het raakt ons van wij hebben er onmiddellijk belang bij; de dood nabij; van nabij bekijken;
2. vz.: een herberg nabij de poort;
3. bn. (soms verbogen): de vacantie is aanstaande; de republieken van het nabije Oosten.

< >