Gepubliceerd op 11-11-2021

cadeau

betekenis & definitie

o. cadeau’s,cadeautje (Fr. geschenk); iets cadeau geven, ten geschenke; iets cadeau krijgen, a) ten geschenke, b) om niet, op de koop toe; zegsw. ik geef je hem, het cadeau , hij, het kan me gestolen worden, ik geef er niets om; ik zou ‘t niet cadeau willen hebben, nog niet om-niet.

< >