Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 24-02-2020

zon

betekenis & definitie

v. (-nen; -netje)

I. Eig.
1. zelflichtend hemellichaam dat aan onze aarde en de overige planeten licht en warmte geeft (→: zonnestelsel): de gaat op, rijst, staat aan de hemel, daalt, gaat onder; morgen-, middag-, avondzon; regenzon; gelukszon; de gouden -. Gez. als de is in ’t west, zijn de luiaards op hun best, wanneer de dag ten einde is, zijn luiaards het drukst bezig; de opgaande of rijzende aanbidden, in de gunst trachten te komen van die in voorspoed is of de bovendrijvende partij eren, bijvallen; de niet van zich laten schijnen, niet mededeelzaam, niet milddadig zijn; de meten of schieten, haar hoogte berekenen; hij kan niet de in het water zien schijnen, hij is afgunstig op de voorspoed, het sukses van een ander; laat de niet ondergaan over uw toorn of toren, laat uw ergernis niet lang duren; men moet hooien als de schijnt, men moet van de gunstige gelegenheid gebruik maken. →: land. nieuws, sneeuw.
2. Uitbr. elke vaste, zelflichtende ster die aan andere hemelbollen licht en warmte geeft.

II. Metn. [van I 1]

1. zonnestralen, zonneschijn, zonnelicht: de bloemen in, uit de zetten; door de verbrand; iemand in het -netje zetten, het hem lekker maken om hem te bedotten; alles komt aan de -, aan het licht, alles (vooral wat verkeerd is) komt uit; in het -netje zitten, zich koesteren in de zonneschijn. →: boter.
2. Dicht. jaar : dertig -nen reeds!

III. Metf. [van I 1]

1. afbeelding van de zon : een als uithangbord; orde van de Zon en de Leeuw, Perzische ridderorde.
2. a. Alom. wat op een zon gelijkt.
b. Inz. a. ronddraaiende schijf bij een vuurwerk, b. oog.

Enc. De zon is een hemelbol die 149.000.000 km verwijderd is van de aarde en 1.300.000 maal zo groot is als deze laatste. Door haar massa, 330.000 maal zo zwaar als die der aarde, beheerst zij met haar aantrekkingskracht de overige lichamen van ons zonnestelsel en is voor hen de bron van licht en warmte en bijgevolg van leven. Haar licht schijnt 570.000 maal zo sterk als dat der maan en heeft 8 minuten nodig om tot ons te komen. Haar temperatuur bedraagt 6-7000° C. Van haar stralen treft slechts een uiterst klein gedeelte, 1/2.300.000.000 de aardbol.

In 25 dagen draait de zon van W. naar O. om haar as, en verplaatst zich tevens, met een snelheid van 20 km per sekonde, naar een punt aan de hemel tussen de sterrenbeelden de Lier en Hercules. De zon bestaat uit een gloeiend vloeibare kern, omgeven door een lichthulsel (fotosfeer) waarin in gasvormige toestand dezelfde stoffen (ijzer, magnesium enz.) voorkomen als op aarde. Haar oppervlak vertoont zonnevlekken en -fakkels. Bij zonsverduistering is de zon omgeven door een heldere roodachtig getinte ring (chromosfeer), waaruit rode vlammen (protuberanties) te voorschijn komen, en daarom heen door een zilverwitte stralenkrans (korona).

< >