m. (-en)
1. Eig. minderwaardige kant, beginrand aan een weefsel: de van flanel, laken, zijde.
II. Metf.
1. uitvaagsel, janhagel, grauw: lui van de der maatschappij.
2. grens: hij komt van de van Limburg, van Twente.
Gepubliceerd op 24-02-2020
betekenis & definitie
m. (-en)
1. Eig. minderwaardige kant, beginrand aan een weefsel: de van flanel, laken, zijde.
II. Metf.
1. uitvaagsel, janhagel, grauw: lui van de der maatschappij.
2. grens: hij komt van de van Limburg, van Twente.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: