Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 18-02-2020

Unie van Socialistische Sovjetrepublieken

betekenis & definitie

v. afk. U.S.S,R. unie van 16 sovjetrepublieken in Oost-Europa en in Noord- en Midden-Azië.

Het Europees gedeelte heet →: Rusland, het noordelijk Aziatisch gedeelte →: Siberië, het Middenaziatische gedeelte →: Russisch-Centraal-Azië.I. ALGEMEENHEDEN
1. Oppervlakte. 21.000.000 km2, grootste land ter wereld; breedte van Oostzee tot Grote Oceaan: 9.600 km.
2. Bevolking. 220.000.000 inw., (sch. 1955) zoveel als Indië maar slechts de helft van China. Als geheel is de Sovjetunie dun bevolkt; gemiddelde dichtheid: 53,7 per km2. Europees Rusland bevat de helft der bevolking. Het barre klimaat en de onvruchtbare bodem in het noorden en het droge klimaat ten oosten van de Volga zijn beletselen voor de landbouw en voor de verspreiding van de mens.
3. Landbouwgebieden vindt men in een brede strook in het midden, waar vruchtbare grond (zwarte aarde), voldoende warmte en neerslag is voor het verbouwen van gewassen.
4. Industriegebieden. Oude industriegebieden zijn Leningrad en Moskou. Nieuwe ontstonden waar steenkolen, ijzer en petroleum werden gevonden. Behalve ijzer vindt men in de U. S. S. R.,nl. in de Oeral, vrijwel alle tot dusver bekende metalen ; ook Oost-Siberië is rijk aan goud en andere non-ferrometalen. Naast de metaalindustrie zijn de textielindustrie, de houtindustrie en de papierfabrikage van groot belang.
5. Handel- en verkeerswegen. De grote rivieren in Rusland stromen, van het midden uit, naar alle richtingen en verbinden zo alle delen van de vlakte met de voornaamste zeehavens. De grote Siberische rivieren dringen enige duizenden kilometers door in gebieden zonder wegen en spoorwegen.

In de zomer vormen zij, samen met de zeeweg door de Noordelijke IJszee, verbindingswegen voor het vervoer van goederen tussen Siberië en de rest van de Sovjetunie en het buitenland. De Centraalaziatische rivieren worden hoofdzakelijk gebruikt voor het opwekken van elektrische stroom in de bergen, en voor het bevloeien van de halfwoestijn-gebieden in de vlakte. Met uitzondering van het noorden beschikt Rusland over een betrekkelijk uitgebreid net van spoorwegen. Door Siberië loopt de Transsiberische spoorweg met enkele betrekkelijk korte vertakkingen naar noord en zuid. In Centraal-Azië loopt de Middenaziatische Spoorweg om geheel dat gebied heen en sluit aan bij de Transsiberische. Het ontbreken van hoge bergruggen in een groot deel der Sovjetunie en de stabiele weergesteldheid in zomer en winter zijn gunstige faktoren voor de luchtvaart. In een land van zo’n grote omvang waar soms in uitgestrekte gebieden wegen en spoorwegen ontbre ken, zijn luchtverbindingen van het grootste belang. Ook is het luchtlijnennet zeer ontwikkeld.

II. VERMEERDERING VAN GRONDGEBIED EN BEVOLKING Land of Gebied Jaar van Inlijving Oppervlakte Bevolking km2 inw.

Pools gebied 1939 194.300 12.500.000 Fins gebied 1940 40.000 (1)

Roemeens gebied Bessarabië 1940 44.400 3.202.000 Noord-Boekovina 1940 4200 500.000 Estland 1940 48.000 1.120.000 Letland 1940 64.000 2.000.000 Litauen 1940 61.000 2.900.000 West-Oekraïne 1945 81.000 8.000.000

535.900 30.222.000
1) De bevolking van het gebied dat bij de U. S. S. R. werd gevoegd, ongeveer 450.000 inw., trok zich binnen de nieuwe Finse grenzen terug.

< >