A. v. (liezen)
I. Eig, gedeelte van de buikstreek onmiddellijk boven het dijbeen gelegen: pijn in de -.
II. Metn. [wsch. van I]
1. dubbele laag vet in de buik van mens en dier inz. van een varken.
2. gesmolten varkensvet, reuzel.
B. v. [~ lis] liesgras.