v. (-s) [Fr. < Lat. fractum < frangere, d. i.]
I. Eig. het gebrokene, breuk: twaalf en een -.
II. Metf.
1. afzonderlijke groep van een staatkundige partij: een der liberalen.
2. gezamenlijke aanhangers van een staatkundige richting in een vertegenwoordigend lichaam: een in het parlement.
Syn. ➝ bende.