Bij deezen naam zijn bekend, de persoonen, welke, onder andere, in den Bajuwschappen van Rhijnland, Delfsland en elders, nevens de Baljuw, den vierschaar spannen. De oorsprong deezer benaaminge wordt gezogt in het onderscheid van de drie Klassen of Standen van persoonen, uit welke de Landzaaten, van ouds, in deeze Gewesten bestonden.
Men vondt ‘er, naarmelijk, Edelen of Vrijen, die aan niemant onderworpen waren; Dienstbaaren, of Onvrijen, die in lijfeigenschap en schuldige dienstbaarheid onder den eenen of anderen Heer behoorden; en uit Welgeboorene, of vrijgemaakte lieden, welker Ouders, of Voorouders, van de Lijfeigenschap ontslagen waren, het zij bij gunst, door verdiende, door uitkoop, of op eenige andere wijze. De persoonen, of Regters, die nevens den Baljuw te regt zaten, moesten Welgeboorene en Vrije luiden zijn, om reden, dat ’er niet alleen over Onvrijen, maar ook over Vrijen en Welgeboorene regt moest gesproken worden.Zie VAN LEEUWEN, Kostumen van Rijnland.