Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 31-10-2023

TIENHOVEN (Heerlijkheid)

betekenis & definitie

eene Heerlijkheid en Dorp, in het Nederkwartier van het Sticht van Utrecht, aan de regterzijde van de Rivier de Vegt, strekkende tot aan het Hollandsche grondgebied onder Loosdrecht. De Veenen daar mede onder gerekend zijnde, wordt de uitgestrektheid van het Ambagt op achthonderd Morgens gronds begroot. Het behoorde eertijds aan de Kerk van [i]St.

Pieter[/i] te Utrecht. Het Kapittel verkogt het, in den Jaare 1621, aan den Heere ADIRIAAN PLOOS VAN AMSTEL. Zedert is het Ambagt meermaalen van eigenaaren veranderd. Het Dorp Tienhoven, omtrent anderhalf uur van Breukelen, en even zo verre van Maarssen gelegen, is tamelijk volkrijk en welvaarend. De Kerk is een klein gebouw, hebbende, op den Voorgevel, slegts een spitsagtig Koepeltorentje. De Hervormde Gemeente wordt ’er door haaren eigen Leeraar bediend.

< >