eene Ambagtsheerlijkheid en Dorp, in het Land van Putten, aan het Water het Haringvliet. WILLEMINA VAN BRONKHORST, Vrouwe van Nijenrode, deedt, in den Jaare 1527, deeze landstreek bedijken, welker uitgebreidheid wij op ruim achthonderdvierënzestig Morgens begroot vinden. Het getal der Huizen, naar gelange van de uitgestrektheid van den grond, is vrij aanmerkelijk.
In het Dorp telt men ’er ruim honderd, zommige van welke geen ongevallig voorkoomen hebben. De Kerk is niet groot, doch net gebouwd, en pronkt met een klein Torentje. Bij de Kaai staat een vierkant Gebouw, de Redoute gekaamd, in tijden van Oorlog dient het tot een Wagthuis, waar in de burgers de wagt houden. Het Ambagt is zeer vrugtbaar, in allerlei Veldgewassen, met naame ook in Ajuin en Aardakkers. Doch de Meeplanterij is ’er de hoofdneering.