Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 25-01-2023

Ramus

betekenis & definitie

JOHANNES RAMUS, een vermaard Regtsgeleerde der Zestiende Eeuwe, was van geboorte een Goezenaar. In de Welspreekendheid en Grieksche Taale oeffende hij zich te Weenen, alwaar hij zeer gezien was, en een aanmerkelijk gedeelte van zijnen leeftijd heeft versleeten.

Van zijne geschiktheid tot de Latijnsche Dichtkunde gaf hij eene proef in zijne Lofdichten op de Daaden der Aardshertogen van Oostenrijk, getijteld Elegiae de gestis Archiducum Austriae. Het Scutum Herculis vertaalde hij uit het Grieksch in het Latijn. Voorts heeft hij verscheiden Regtsgeleerde Werken geschreeven.

< >