Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 09-12-2022

Oorgaten

betekenis & definitie

OORGATEN. Dus noemt men, te Amsterdam, de opening in verscheiden hooge houten Bruggen, slegts met eene enkele plank gedekt, door het ophaalen van welke zij doortogt verleenen aan Beurtschepen, en andere Vaartuigen, mids deeze het Want en andere Zijtouwen losmaaken. Veel minder omslagtig zijn deeze Oorgaten, dan de Wippen of Ophaalen, van welke men zich aan andere laagere houten Bruggen moet bedienen De uitvinder daar van was, in den Jaare 1596, HENDRIK JAKOBSZOON STAETS, Stads-Timmerman. Reeds te vooren waren de Oorgaten niet onbekend; want men vindt reeds, in den Jaare 1481, van een Oirgat aan de Nieuwe-Brug gewag gemaakt. De openingen in de Paalen, rondom de Stad, welke met Boomen geslooten worden, plagt men ook Oorgaten te noemen. Van eene andere gedaante zullen dus de eertijds gebruiklijke geweest zijn.

< >