of de Polder van den Doele, in Staats Vlaanderen, legt, ten Westen en ten Noorden, tegen het verdronken land van Saaftingen, ten Oosten tegen de Schelde, en ten Zuiden tegen het land van Ketenesse; het is, van het noorden naar het zuiden, ruim een uur gaans lang, en, van het oosten naar het westen, een half uur breed. Het is eene Heerlijkheid, die hoog, laag en middelbaar geregt oefent.
Men vindt aldaar goed wei- en koorenland. Dan het onderhoud der dijken aldaar kost jaarlijks een aanmerklijke somme. In het Land van den Doele, aan de Schelde, ligt een klein Dorpje, ’t welk dien zelven naam heeft, alwaar de Roomschgezinden eene Kerk hebben, waarin zij hunnen Godsdienst verrigten. Op de grenzen van het Land van Saaftingen lag, weleer, het Fort den Doel. In deze dagen is de Doel zeer berugt geworden, door een verschil tusschen de Staaten en zijne Keizerlijke Majesteit JOSEPHUS DEN TWEEDEN, over de grensscheiding. Zie verder LIEFKENHOEK. In het Barrière Tractaat, van den 15den November 1713, leest men: En tot Conservatie van de beneden Schelde, en de Communicatie van Staats Braband en Vlaanderen, sedert zijne Keizerlijke en Katholijke Majesteit, in volle en volkomen eigendom en Souverainiteit, het Dorp en Polder den Doel, als mede de Polders van St. Anne en Ketenisse.