was een Proost te St. Baafs, en, nevens meer anderen, een der gemagtigden op de vruchtlooze Keulsche Vredehandeling, in ’t jaar 1579.
Dat deeze meer de partij des Konings, dan die der Staaten was toegedaan, bleek, wijl hij, met nog eenige anderen, vertoefde, toen zij, die der Staaten partij omhelsden, reeds vertrokken waren.Zie ’t Art. AARSCHOT, en BOR, XIII Boek, bl. 144.