1) prov. i/h N. v. België a/d Beneden-Schelde, 2832 km*, 1,1 mdl. inw., hoofdz.
Vlamingen;2) hoofdst. v. 1, a/d Schelde (m/d voorsteden 428 000 inw.) grootste zeehaven v. België, derde v. Europa, 34 dokken. Per jaar komen ± 11 000 schepen binnen; 173 scheepvaartlijnen. Verder industrie (diamantslijperijen).
In 726 is het eerst de naam vermeld. Tijdens Karel V ongekende bloei, ook als kunststad. Na het sluiten der Schelde in 1648 verval. Herleving in 1795, vooral sedert 1863 na de opheffing v/d tol aan Holland. Oet. 1914 beschoten door de Duitschers, en bezet. Haven gesloten. Thans weder geheel herleefd.
