Evenals de hond en de vos behoort de wolf tot de familie van de hondachtigen. Het dier komt nog voor in de noordelijke streken van Europa, Amerika en Azië.
Vroeger werd de wolf ook veel zuidelijker waargenomen. Hij is echter door de mens naar afgelegener gebieden teruggedrongen en leeft thans in de bossen en de steppen van het zeer dun bevolkte noorden.Gewoonlijk leeft de wolf op z’n eentje. Overdag houdt hij zich schuil om pas tegen het vallen van de avond op jacht te gaan. De wolf is een gulzige vleeseter, die er niet voor terugschrikt vee aan te vallen. De mens moet voor het dier eerst oppassen als andere prooi schaars begint te worden. Dikwijls is dat het geval in strenge winters. In zulke tijden verenigen de wolven zich in grote horden, die gezamenlijk op jacht gaan en dan, gedreven door de honger, er niet voor terugdeinzen urenlang achter sleedrijvers aan te jagen.