Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Villars

betekenis & definitie

(Louis Hector, eerst markies, later hertog v;.n), fransch maarschalk, goh. 1653 te Mouiins, was de zoon van een uitstekend veldheer en diplomaat (den Markies van V.). Na zich onderscheiden te hebben bij het beleg van Zutphen, en in den slag van Senef (1674), verliet V. de krijgsdienst,en werd fransch ambassadeur, eerst te Munchen (1683), toen te Weenen (1699).

Toen de spaansche successieoorlog uitbrak werd hij weder krijgsman, diende een oogenblik onder Vilieroi in Lombardijë, werd 1702 tot opperbevelhebber benoemd van het leger, dat in de Breisgau en in het Zwarfewoud moest opereeren, en gaf de nederlaag aan den prins van Baden in den slag van Friediingen bij Huningen, waarvoor bij beloond werd melden maarschalksstaf. Hij was de eenige veldheer, die den wapenroem van Frankrijk waardiglijk ophield tegenover Marlborough en prins Eugcnius. Bij het weder-uitbarsten van den oorlog met Oostenrijk werd V. naar Italië gezonden (1733), doch stierf reeds 17 Juni 1734 te Turijn.(de Graaf van), broeder van den vorige, maakte zich in den spnanschen successie-oorlog bekend door hel bemachtigen van Mtnorca.

(Honoré Armnnd, hertog van), prins van Martignes, geb. 1702, ge^t. 1770, vriend en beschermheer van Voltaire, was de zoon van den maarschalk.

< >