Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Quintus ennius

betekenis & definitie

romeinsch dichter, geb. omstr. 240 v. Chr. te Rudiae inCalabriè, gest.omstr. 169 v.

Chr., was aanvankelijk in krijgsdienst, werd door Cato den Oude, die zijne verdiensten opgemerkt had, naar Rome gebracht, en werd daar de vriend van Scipio. Hij onderwees daar de grieksche en latijnsche letterkunde, en schreef blijspelen, treurspelen,hekeldichten, eu een heldendicht, getiteld Annales, in 18 zangen. In weerwil van de ruwheid, die de latijnsche taal nog kenmerkte in de eeuw, waarin E. leefde, bevatten zijne gedichten zeer veel schoons; Virgilius, die veel daaruit overnam, placht te zeggen, dat hij parelen verzamelde uit den drekput van E. De fragmenten, die van E.’s gedichten tot ons zijn gekomen, zijn bijeen gebracht door Giles (Londen 1835) en door Rahlen (Leipzig 1854); die van zijne treur- en blijspelen heeft Ribbeek verzameld in »Poetarum latinorum tragicorum reliquise” (Leipzig 1853).

< >