Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

F. Lucretius Carus Lucretius

betekenis & definitie

latijnsch dichter, geb. omslr. 95 v. Chr. uit een riddergeslacht, was een tijdgenoot en vriend van Atticus, Cicero, Catullus, Memmius.

Hij beoefende de epicurische philosophie, en bezong die in een beroemd dichtstuk: De natura rerum (over den aard der dingen), in zes zangen (beste editién: die van Lachmann, 3e druk Berlijn 1860; gecommentarieerd 1851; en die van Bernays, 2e druk, Berlijn 1857). Men weet niets zekers omtrent L.'s leven; hij doodde zich zelven op 44-j. leeftijd, naar men wil in eene vlaag van verstandsverbijstering, waaraan hij nu en dan leed ten gevolge van een liefdedrank, hem indertijd toegediend door eene jaloersche minnares.

< >