Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Elias

betekenis & definitie

beroemd profeet van Israël, geboortig uit Thisbe in den stam Naphtali, leefde ten tijde van koning Achab en diens huisvrouw Jezabel, omstr. 900 v. Chr.

Daar het hem niet gelukken mocht den koning en de koningin van de Baalsdienst tot de dienst van lsraël's God terug te brengen, strafte hij het land met drie jaren droogte. Toen dit niet hielp zocht bij hen te bekeeren door een mirakel ; tot dat einde ging hij aan zijnen God offeren, terwijl de valsche profeten aan Baal zouden offeren; de offerande van E. werd dadelijk door het vuur des hemels in brand gestoken, terwijl het andere offer bleef liggen als een steen, waarop het volk in woede ontstak tegen de valsche profeten, die dan ook in de opschudding door het volk om hals werden gebracht. Daar Achab dit geheele oproer toeschreef aan opruiingen van E., verklaarde hij hem des doods schuldig; doch E. redde zich door de vlucht. Hij nam de wijk naar de woestijn van Horeb, waar hij op wonderdadige wijze van voedsel voorzien werd (de raven brachten hem brood). Toen voorspelde E. aan Achab een gewelddadig uiteinde; en zoodra de koning dood was, werd Jehu door E. tot koning over Israël gezalfd. Eindelijk benoemde E. zijnen leerling Elisa tot zijnen opvolger, en liet hem zijnen mantel, toen hij omstr. 880 v. Chr. in hoogen ouderdom ten hemel voer in eenen vurigen wagen, bespannen met vurige paarden, bij gelegenheid van een zwaar onweder. De geheele geschiedenis van E. is beschreven in het O. T. (I en II Kon.). Ten tijde van Jezus verwachtten de Joden de wederkomst van E., als hersteller van het mozatsmus, eer het rijk van den Messias zou aanbreken; door de Evangelisten (Matth., Johannes, en vooral Marcus en Lucas) wordt dan ook herhaaldelijk van E. gesproken.

< >