(Lat. pupilla, poppetje, aldus genoemd naar het kleine beeldje dat de beschouwer van zich zelf ziet in het oog van een ander en dat eigenlijk op het hoornvlies, een kleinen bollen spiegel, wordt gevormd, maar dat men op de donkere pupil er achter projecteert) is de opening in het regenboogvlies of iris (zie Oog), waardoor de lichtstralen het oog binnendringen. Door het samentrekken of verslappen der vezels van twee systemen van spieren, die in de iris gelegen zijn (één kringvormig om de pupil, één straalsgewijs ten opzichte van de pupil gelegen) kan de pupilopening kleiner of grooter gemaakt worden.
De vernauwing der pupil kan zijn tijdelijk of blijvend (myosis). Een oogenblikkelijke vernauwing wordt teweeg gebracht door:
1. Het invallen van fel licht; een automatisch middel dus om het oog voor te sterk licht te sparen.
2. Het zien naar voorwerpen op korten afstand gelegen (accommodatie en convergentie).
Een vernauwing van langeren duur of zelfs van blijvenden aard ontstaat door:
1. Sommige vergiften, die plaatselijk aangewend worden als oogdruppels (myotica, b.v. eserine), en bij vergiftiging door nicotine, opium, chloral, santonine, morphine enz.
2. Bij enkele ziekten van het centraal zenuwstelsel (b.v. ruggemergstering).
3. Bij sommige oogziekten (iritis). Daarenboven komt een nauwe pupil voor in den slaap en bij grijsaards.
De verwijding der pupil (mydriasis) kan eveneens tijdelijk of blijvend zijn. Zij komt voor:
1. Als er weinig licht in het oog valt, behalve in diepen slaap, dan is de pupil nauw.
2. Bij het zien in de verte.
3. Door sensibele prikkels (pijn) en psychische prikkels (schrik).
4. Door sommige vergiften die plaatselijk aangewend worden als oogdruppels (mydriatica), b.v. atropine, cocaïne, en bij enkele algemeene vergiftigingen (vleeschvergiftiging, diphtherie).
5. Bij sommige ziekten van het centraal zenuwstelsel (tabes, progressieve paralyse).
6. Verlamming van het 3e paar hersenzenuwen (nervus oculomotorius).
7. Ingewandswormen.
Men spreekt van Anisocorie, als de pupillen ongelijk van grootte zijn; dit verschijnsel komt voor bij gezonde personen en bij menschen wier beide oogen een ongelijke breking hebben, maar kan overigens ook op hersenaandoeningen wijzen. Ook bij een aanval van migraine vindt men dikwijls ongelijke pupillen.
Soms is de P. niet rond maar peervormig, doordat een gedeelte van de iris ontbreekt (Coloboma iridis), een aangeboren gebrek, dat zoo ver kan gaan, dat de geheele iris afwezig is (Aniridia), in welk geval de P. zeer groot is. De afwijkende vorm der P. kan ook door operatie (iridectomie) ontstaan, of het gevolg zijn van vergroeiing van de iris met de lenskapsel.