(luchtpijpvertakkingen) en ziekten daarvan. Op de plaats, waar de luchtpijp de borstholte binnendringt, verdeelt zij zich in twee groote takken, waarvan de rechter zich in 3, de linker in 2 takken verdeelt, welke zich op hun beurt weer veelvoudig vertakken.
Aan het einde van de fijnste vertakkingen hangen de longblaasjes als fijne druifjes. De luchtwegen vormen dus eenigermate een omgekeerden boom, waarvan de stam de luchtpijp of trachea, welks takken de groote en kleine luchtpijpvertakkingen of bronchiën en waarvan de bladen en vruchten de longblaasjes zijn.
De voornaamste aandoeningen der bronchiën zijn, behalve de verschillende soorten van bronchitis (zie aldaar), bronchopneumonie (zie Longontsteking) en asthma (zie aldaar), de verwijding en de vernauwing der bronchiën. De verwijding (bronchiectasie) komt voor bij chronische bronchitis, longschrompeling en vele andere longaandoeningen. De verschijnselen zijn die van bronchitis; alleen worden aanvalsgewijze vrij groote hoeveelheden fluimen geloosd. Vernauwing der bronchiën (bronchiaalstenose), ontstaat door het geraken van vreemde lichamen in de luchtwegen, door zwelling van het slijmvlies, of door druk van gezwelletjes enz. De voornaamste verschijnselen zijn kortademigheid en minder bewegen der aangedane borsthelft bij de ademhaling.