Amygdalae, Tonsillen; twee klierachtige organen, rechts en links in het achterste gedeelte van de mondholte, tusschen de beide verhemeltebogen. Door den mond is in normale omstandigheden slechts een klein gedeelte dezer klieren zichtbaar.
Op hoogen leeftijd verdwijnen zij. Uit haar weefsel treden voortdurend lymphe-cellen naar buiten, die zich naar de mondholte begeven en zich daar met het speeksel vermengen. De amandelen zijn onderhevig aan allerlei ziekten. Zij kunnen in die mate opzwellen, dat zij elkander raken, en de keelholte verstoppen. Iedere vergrooting der amandelen veroorzaakt bezwaren bij het slikken; sterkere zwelling geeft ook een eigenaardige verandering van de spraak. In vele gevallen is het noodig door een operatie de amandelen te verkleinen of te verwijderen; het hiervoor gebruikte ringvormige mes heet tonsillotoom. Ze kunnen verder in verschillende vormen van ontsteking overgaan; zie Keelontsteking en ook Adenoïde vegetaties.