Gron.: Waarvum.
Wierdedorp in de gemeente Eemsmond ten N. van de stad Groningen aan de spoorlijn Groningen-Roodeschool, met een station. Gelegen aan het Warffumermaar, dat bij Onderdendam uitkomt in het Winsumerdiep. Langs het maar loopt eerst aan de westzijde, na samenvoeging met Rasquerdermaar aan de oostzijde de Warffumertrekweg, Ten Z.O. van WarfFum ligt aan de Kloosterweg het gebouw Warffumerklooster. Voor de kust met kwelders en landaanwinning ligt boven WarfFum de Warffumerlaag.
Vóór de gemeentelijke herindeling was het dorp de hoofdplaats van de gemeente Warffum. In 1990 werd deze met Kantens, Usquert en Hefshuizen (Uithuizen en Uithuizermeeden) samengevoegd tot de nieuwe, veel grotere gemeente Hefshuizen. In 1992 werd hiervan de naam gewijzigd in Eemsmond. Tot de oude gemeente Warffum behoorden voorts het dorp Breede, een deel van de Noordpolder, de streken Het Noorden, Zuiderhorn en Eendragt alsook de waddeneilanden Rottumeroog en Rottumerplaat met de erbij behorende zandplaten Zuiderstrand, Zuiderduintjes, Boschplaat en Simonszand. De vroegere dorpen Oostervalge, Westervalge en Oudendijk zijn met het hoofddorp vergroeid.
Het Warffumer klooster was een johannieter commanderij voor nonnen. Het wordt voor het eerst vermeld in 1284 bij de verkoop van grond door de bisschop van Münster aan de commandeur van Steinfurt ten bate van o.a. Warffum. De kerk van Winsum werd toen ook aan de commanderij toevertrouwd (tot 1529). De parochiekerk van Stitswerd behoorde eveneens tot de zorg van Warffum. In 1495 waren er ongeveer zestig, in 1540 ongeveer tachtig zeer ontwikkelde nonnen.
In 1535 deden de Wederdopers een mislukte aanslag op het klooster. In 1609 werd het opgeheven. De commanderij had een stadshuis in de Oude Boteringestraat WZ.
De oude dorpskern ligt op een wierde met op het hoogste punt een forse middeleeuwse kerk, die in de loop der tijd sterk is gewijzigd. Oorspronkelijk was het een tufstenen kerk met inspringende halfronde absis uit het begin van de 12de eeuw. In de tweede helft van de 16de eeuw is de kerk in baksteen verlengd. De absis werd vervangen door het huidige koor met vijfzijdige sluiting. In de 19de eeuw is het schip in baksteen verhoogd en zijn kerk en koor gepleisterd en versierd in neogotische trant. Onder de vloer van het koor ligt de grafkelder van de bewoners van de Warffumborg.
Het deftige en gave interieur stamt goeddeels uit de late 18de eeuw; preekstoel met belangrijk snijwerk op de panelen en doophek (1786), herenbanken en intact bankenplan; twee 18de-eeuwse lichtkronen. Orgel naar ontwerp van H.H. Freytag, in 1812 door J.W. Timpe voltooid; het snijwerk is van M. en A. Walles. Twee avondmaalstafels, waarvan één voorheen als betaaltafel dienst deed.
Fraaie zerkenvloer in het schip. De toren dateert uit 1638. De pastorie bestaat uit het oudste steenhuis van de provincie Groningen van rond 1300 met latere aanbouwen. In 1985-1990 ingrijpend gerestaureerd, daarbij werd het 19de-eeuws exterieur hersteld en binnen de ontwikkeling van het steenhuis zichtbaar gemaakt.
De gereformeerde kerk is in 1886 gebouwd; het interieur is redelijk intact gebleven. Het orgel is in 1906 geplaatst, met in hoofdzaak pijpwerk van J. Spooreman uit 1783.
De Warffum- of Asingaborg werd van 1560-1683 bewoond door de familie Sickinge, waarvan enkele leden een belangrijke rol speelden in de Ommelanden en in de internationale politiek. In 1683 kwam de borg in bezit van de familie Trip, Amsterdamse kooplui met belangen in de Zweedse ijzerindustrie en de veenafgravingen in Groningen. Louis Trip kocht in 1695 Rottumeroog. De borg werd in 1720 gesloopt.
Museum Het Hoogeland is een openluchtmuseum met een aantal authentieke gebouwen uit de 18de, 19de en begin 20ste eeuw. Te bezichtigen zijn onder andere; een gasthuis (18de eeuw), schutstal (1841), schippershuis (19de eeuw), kroeg met winkeltje (omstreeks 1900) en het hoofdgebouw met wisselexposities. In Warffum wordt jaarlijks het internationaal folkloristisch dansfestival Op Roakeldais gehouden.
In de 9de-10de eeuw UUerfhem, 11de eeuw in Werfheim en 12de eeuw Werfum. Betekenis: heem, woonplaats op de werf = kunstmatig opgeworpen verhoging.
Schimpnamen voor de inwoners: Bloklichters en Blaauwgatten.
Lit.: R. Meischke en M.C. Scheers, ‘De pastorie te Warffum’, Jaarboek Monumentenzorg 1990, 99-126; G.F. Noordhuis, De Johannieters in Stad en Lande (Warffum 1990); W. Duinkerken e.a. (red.), De historie van Warffum, Breede en Rottumeroog (Hoogezand 1989); Formsma, Ommelander borgen en steenhuizen, 449-453; C.G. Reinders, Ecclesia Warffumensis (Warffum 1969); E. Wiersum, ‘Een boedelbeschrijving in het Warffummerklooster’, GVA 1925,169-182.