Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Waark

betekenis & definitie

Toneelgroep bestaande uit een selectie van amateur-toneelspelers uit heel Groningen, opgericht in 1973. Ze speelt Groningstalig toneelwerk, waarbij een hoog artistiek peil wordt nagestreefd.

Sinds 1982 is ze een zelfstandige stichting. Spelers van het eerste uur zijn onder anderen Dick Drenth, Jopie Dijkstra, Janneke Geertsema, Foske Hopma Zijlema, Annie Otto en Jaap Nienhuis. Tussen 1976 en 1984 maakte de groep furore met stukken van Bertolt Brecht, in vertalingen van Harm Jan Tuin (die ook bij Waark speelde): De Krietkring, Moeke Keroazie en t Goie Wicht van de Veurstad, elk vele malen opgevoerd. Later ontstond een nauwe samenwerking met de schrijfster Gré van der Veen; sindsdien speelt de groep voornamelijk werk dat door haar werd geschreven of vertaald. Hoogtepunten: De Appelboom naar een laatmiddeleeuws esbattement (1988), Ficus en Vitroazie van Gré van der Veen (1988), Hépoepelepee van Gré van der Veen (1990), De Kniezebieter naar De Vrek van Molière (1992), Gelokkege Doagen naar Happy Days van Samuel Beckett (1993), Schotten Zienent van Gert Fokkens (1996), Het Aanzuik naar Het Aanzoek van Tsjechov (1998) en Verjoardag van Bouke Oldenhof (1999). Daarnaast speelde de groep diverse eenakters en monologen.

Regisseurs als Anne-Marie Prins, Harm-Ydo Hilberdink en Roelof Pieters zetten hun stempel op de uitvoeringen. In 1993 ontving Waark de K. ter Laanprijs van de Stichting 't Grunneger Bouk. De jury roemde roemde onder meer de ambitieuze repertoirekeuze en het hoge artistieke niveau van de groep.Zie ook dialecttoneel.

< >